Ik heb het er wel heel de tijd over met die vrouwen hier: Ga naar de dokter in het ziekenhuis, laat je checken, doe het nou, je gezondheid is het belangrijkste dat je hebt, maar ondertussen ben ik zelf ook al een week ziek en krijg ik van allerlei kanten (van ober tot Stella tot consultants) het advies om te gaan en blijf ik toch thuis. Wat houdt me dan eigenlijk tegen? Niet het geld, niet de afstand tot het ziekenhuis (het is hier letterlijk om de hoek), niet de onbekendheid (ik werk met het ziekenhuis samen en heb de nieuwe directeur vorige week al gesproken, een topvrouw uit Canada), blijft enkel de duidelijkheid in diagnose over. Want als zij zeggen dat ik rustig aan moet doen omwille van het herstel van de diagnose, dan is er echt geen ontkomen meer aan. Mmmmm dat lijkt verdacht veel op mijn beweegredenen in Nederland om nog maar even niet te gaan. Zou dit dan naast al die eerder genoemde redenen ook een reden zijn voor de vrouwen hier, gewoon een universeel gevoel, dat het moeilijk is om toe te geven dat je het even rustig aan moet doen? Het lijkt er op.
Dus na weer een nacht met een steen op mijn borst meer wel dan niet geslapen te hebben, spring ik op de fiets naar het ziekenhuis. De grote dokter zelf neemt me mee naar zijn onderzoeksruimte en luistert gewichtig naar de piepende geluiden in mijn borst. Geen koorts, mooi, nu even niet in ieder geval. Hij knikt en knikt en schrijft dan een laboratorium briefje uit met de voorlopige diagnose: COPD of bronchitis en als tweede malaria. Maar dat laatste had ik al uitgesloten en ik klink inderdaad als een astmatische chihuahua, maar COPD lijkt me wel erg overhaast. Dan mag ik door naar de kassier en dan naar het priklab. Na een poosje is alles gereed en krijg ik de resultaten op het prikbriefje terug. De Canadese dokter bekijkt het en zegt dat het gelukkig alleen een heftig virus is, en dat ze me aanraadt, in tegenstelling tot de Tanzaniaan, geen antibiotica te gebruiken voorlopig. Of de klachten moeten plotseling erger worden. Daar gaan we niet van uit! Een stuk lichter fiets ik terug, zo nu op naar het dorp waar de gezondheidswerkers wachten.
Badai!
Dus na weer een nacht met een steen op mijn borst meer wel dan niet geslapen te hebben, spring ik op de fiets naar het ziekenhuis. De grote dokter zelf neemt me mee naar zijn onderzoeksruimte en luistert gewichtig naar de piepende geluiden in mijn borst. Geen koorts, mooi, nu even niet in ieder geval. Hij knikt en knikt en schrijft dan een laboratorium briefje uit met de voorlopige diagnose: COPD of bronchitis en als tweede malaria. Maar dat laatste had ik al uitgesloten en ik klink inderdaad als een astmatische chihuahua, maar COPD lijkt me wel erg overhaast. Dan mag ik door naar de kassier en dan naar het priklab. Na een poosje is alles gereed en krijg ik de resultaten op het prikbriefje terug. De Canadese dokter bekijkt het en zegt dat het gelukkig alleen een heftig virus is, en dat ze me aanraadt, in tegenstelling tot de Tanzaniaan, geen antibiotica te gebruiken voorlopig. Of de klachten moeten plotseling erger worden. Daar gaan we niet van uit! Een stuk lichter fiets ik terug, zo nu op naar het dorp waar de gezondheidswerkers wachten.
Badai!
Reacties
Een reactie posten